Germano Padoan - Glaskunst

Naar de Biografie van Germano Padoan

Germano Padoan

Op 8-jarige leeftijd (1941) begon Germano Padoan (1933) bij zijn grootvader op het eiland Murano met glasblazen. Later bij zijn vader. Die stuurde hem als leerling naar alle bekende en befaamde glaskunstenaars om zich verder te bekwamen in echt alle verschillende glastechnieken. O.a. Venini, de neef van Germano, Ermano Nason, Barbini e.a.

In de zestiger jaren begon zich in Venetië een kentering te voltrekken, die de oorspronkelijke techniek geweld aandeed. Zo begonnen “kristalhuizen” steeds meer glas te importeren uit Roemenië, Marokko en andere landen. Deze werden (en worden) verkocht als een origineel Murano product.

Dit was onder andere voor Germano het moment om zijn heil ergens anders te gaan zoeken. Na enige tijd in Frankrijk te hebben gewoond vertrok hij naar Zweden en startte daar, eerst voor zichzelf, een glasstudio en in 1964 werd hij mede-eigenaar van Gränna Glasbruk AB.

Gränna Glasbruk is opgericht in 1821 en vervaardigde uitsluitend werken in loodkristal. Momenteel is Germano gestopt met werken en heeft hij de Kristal glasstudio opgeheven en geniet van zijn pensioen.

Door de Murano technieken te koppelen aan het traditionele Scandinavische design, bracht hij een geheel eigen design tot leven. Naast het produceren van zijn kunstwerken, was hij ook leermeester. Hij leidde diverse jonge glasblazers op, die de geleerde technieken en vooral het efficiënt werken met glas, weer aan een volgende generatie kunnen doorgeven. Zijn temperament, snelheid en werklust kende geen grenzen en bracht vele leerlingen tot wanhoop! Hij leidde Italiaanse glasblazers op, daar deze oorspronkelijke werkwijze niet meer in Italië kunnen leren.

In zijn werkzame periode bracht hij het tot 175 verschillende modellen van kristal en vele verschillende unieke objecten, van eenvoudig tot zeer moeilijk te maken kunstwerken. Zijn specialiteit is het werken met goud en zilver.

Elk model wordt met de hand (en mond) vervaardigd en is uniek. Er wordt uitsluitend volgens de traditionele technieken gewerkt. Bij een temperatuur van 1380 °C wordt elk model geblazen en/of gevormd, gelijktijdig worden kleuren, goud en/of zilver aan het ontwerp toegevoegd.